Een huis kopen: een bijna onmogelijke opgave voor jongeren
Voor jongeren onder de 30 jaar is het moeilijker dan ooit om een huis te kopen. Het aandeel jonge kopers is gedaald van 34% in 2019 naar slechts 29,7% vandaag. Stijgende rentetarieven en strengere bankvoorwaarden maken het vrijwel onmogelijk om het volledige aankoopbedrag te lenen. Banken eisen vaak een eigen inbreng van minstens 10%, exclusief notariskosten en registratierechten. Daarnaast wordt bij leningen steeds vaker rekening gehouden met energiekosten en de EPC-score van de woning.
De daling in vastgoedtransacties illustreert deze trend. In 2023 was er een daling van 17%, en in de eerste helft van 2024 kwam daar nog eens 7% bij. Jongeren kiezen daardoor vaker voor een lening van 25 of zelfs 30 jaar, wat de huizenprijzen verder onder druk zet. Hoewel sommige jongeren op steun van familie kunnen rekenen, is de drempel voor velen onoverkomelijk geworden.
Huurmarkt staat onder druk: minder mobiliteit, meer vraag
Door de onbereikbaarheid van koopwoningen blijven huurders langer in hun woningen zitten. Dit leidt tot een vicieuze cirkel van minder beschikbare huurwoningen en een torenhoge vraag. In 2023 werden er 30% minder huurcontracten afgesloten, ondanks dat de vraag alleen maar toeneemt. In stedelijke gebieden ontvangen makelaars soms honderden bezichtigingsaanvragen voor één huurpand.
Opvallend is dat huurprijzen ondanks de grote vraag niet buitensporig stijgen. Veel verhuurders verkiezen betrouwbare huurders boven het risico op wanbetaling. Toch is de situatie nijpend, vooral voor mensen die dringend woonruimte nodig hebben.
Demografische veranderingen en de vergrijzing compliceren de woningmarkt
Demografische verschuivingen hebben een aanzienlijke impact op de woningmarkt. Meer alleenstaanden, gescheiden koppels en de vergrijzing zorgen ervoor dat er meer woningen nodig zijn voor dezelfde populatie. Tegelijkertijd wonen veel ouderen in onaangepaste woningen op minder gunstige locaties.
De vergrijzing roept ook vragen op over beleid. Een groot deel van de oudere bevolking woont in woningen die niet geschikt zijn voor hun behoeften, terwijl er onvoldoende visie is om deze woningen vrij te maken voor jongere gezinnen. Dit draagt bij aan de inefficiënte benutting van de beschikbare woningvoorraad.